Alström syndroom

DE ZIEKTE
Kenmerken
Hoe vaak komt het voor?
Wat is er aan te doen?
Is het erfelijk?
Persoonlijke verhalen
Leesboeken
Links voor kinderen
Links voor broertjes & zusjes
Links voor ouders
Alström syndroom
Zoë (11 jaar)
'Er zijn maar heel weinig mensen met het Alström syndroom'

Dag, ik ben Zoë en ik heb Alström syndroom. Nog nooit van gehoord, zeker? Nou dat kan heel goed. Er zijn maar heel weinig mensen met het Alström syndroom. In Nederland hebben ongeveer 10 mensen het. 

Ik ben 11 jaar geleden geboren. Na mijn geboorte zagen mijn ouders bij mij andere dingen dan bij mijn broer Evert toen hij een baby was. Bijvoorbeeld dat ik steeds minder goed ging zien en wiebelogen kreeg. Dat had Evert niet! Mijn ouders vonden ook dat ik niet goed hoorde. Ze waren ongerust over wat er met me aan de hand zou kunnen zijn. 

Dus toen ben ik in het ziekenhuis helemaal onderzocht. Daar kwamen ze er achter dat ik inderdaad minder goed kan zien en horen. Mijn ogen hebben ook meer last van de zon dan andere kinderen. Ook is er iets niet goed met mijn hart. Ik ben een beetje dikker dan andere kinderen van mijn leeftijd. En heb meer kans om diabetes (suikerziekte) te krijgen, dat hoort ook bij Alström syndroom.

De dokters houden extra in de gaten hoe het met me gaat. Omdat ik slecht zie en mijn ogen niet goed tegen de zon kunnen, heb ik een speciale zonnebril. Ook heb ik gehoorapparaten. Voor mijn hartprobleem krijg ik medicijnen. Ik doe goed mijn best om op gewicht te blijven. Ik eet gezond. Ook zit ik op gym met andere kinderen die minder goed kunnen zien. Oh, ik moet nu gaan anders kom ik te laat. Doei!

Kinderen met Alström syndroom:

 

  • hebben vaak wiebelogen
  • gaan dikwijls steeds slechter zien en horen
  • hebben het meestal aan hun hart
  • zijn vaak dikker als andere kinderen van hun leeftijd
  • hebben soms problemen met hun huid
  • krijgen soms problemen met hun lever, nieren en longen


Niet iedereen met Alström syndroom heeft dezelfde kenmerken. De één heeft dit, de ander dat.

Hoe vaak komt het voor?

In Nederland zijn er ongeveer 10 mensen met het Alström syndroom.

Wat kunnen ze er aan doen?

Het Alström syndroom is niet te genezen. Ze kunnen er wel voor zorgen dat je er minder last van hebt. Hulpmiddelen kunnen helpen als een kind niet goed kan zien en als de ogen niet goed tegen zonlicht kunnen. Zoals een speciale zonnebril. En gehoorapparaten kunnen helpen bij de gehoorproblemen. De diabetes kan worden behandeld met een dieet, beweging of medicijnen. Een arts kan medicijnen geven voor de problemen van het hart. De arts kan de problemen met de lever, nieren en longen soms behandelen.

Is het erfelijk?

Ja, het is erfelijk. Erfelijk betekent dat het in de familie zit. Dat je ouders het aan jou hebben doorgegeven. Dat kan ook als je ouders geen Alström syndroom hebben. Het lijkt een beetje op het doorgeven van blauwe ogen. Ouders die allebei bruine ogen hebben, kunnen toch een kind krijgen met blauwe ogen. 

Persoonlijke verhalen

Heb jij ook deze aandoening?

Schrijf ons dan jouw verhaal, of maak een tekening. Allebei kan natuurlijk ook.
Zet bij de tekening je leeftijd, en de ziekte waar de tekening over gaat.
Stuur een e-mail naar erfolijn@erfocentrum.nl

 

Leesboeken

Er zijn ook leesboeken over ziektes. Je kunt daarin lezen hoe het is om een aandoening te hebben. Of hoe het is als je broer of zus, of vriendje of vriendinnetje dat heeft.

Klik hier voor een overzicht van boeken.
Alle boeken kun je lenen in de bibliotheek.

Links voor kinderen

Ja dokter, nee dokter 
Wat heb je als kind wel en niet te vertellen bij de dokter? Website van de vereniging Kind en Ziekenhuis.

Drie goede vragen
Ben je nog geen 18 jaar en kom je bij de dokter? Je hebt altijd iets te kiezen. Stel zelf ook 3 goede vragen. Zo kan je samen met je ouder(s) en de dokter beslissen.

Links voor broertjes en zusjes

Bij 2BeCool vind je allerlei informatie voor en over jonge mantelzorgers.

Links voor ouders

Syndroom van Alström
Informatie van het Erfocentrum

Stichting Alström Syndroom Nederland

Het ouderkompas
Voor alle ouders die vanwege de zorg voor kun kind regelmatig in het ziekenhuis komen.